Uw eerste gedachte toen u het woord A2-melk of A2-kaas hoorde, was waarschijnlijk:
"A2? Wat is dat nu weer voor iets?", direct gevolgd door de vragen: "Bestaat er dan ook een A1, A3 en A4 variant?" en "Wat heb ik dan de afgelopen
jaren gegeten en gedronken?"
Via deze pagina willen we u uitleg geven over het begrip A2, wat het verband is met onze kaas en waarom wij het maken.
Wij zijn overigens kaasmakers en geen wetenschappers; onze uitleg is daarom slechts een vereenvoudigde weergave van de werkelijkheid om u daarmee
een beeld te geven bij de term A2, zonder er een al te technisch verhaal van te willen maken.
 
 
Om de achtergrond van A2-melk en A2-kaas te begrijpen, moeten we ver terug in de tijd aangezien het te maken heeft met de evolutie van
de oeros, oftewel de voorloper van de huidige koe.
Net als bij mensen zijn bij dieren in de loop der jaren diverse rassen met elkaar in contact gekomen. Hierdoor kwamen eigenschappen van verschillende rassen samen
wat, door het "mixen" van genen, voor nieuwe eigenschappen en uiterlijkheden zorgde.
Op die manier is door kruising van de wilde oeros, de bizon en de buffel de huidige melkkoe ontstaan.
Deze evolutie heeft er, met verandering van genen, onder andere voor gezorgd dat de moderne koe, in tegenstelling tot de oeros, voldoende melk
geeft om als voedselbron voor de mens gebruikt te worden.
Genen zijn de basis van mens, flora en fauna. Mocht u hier meer over willen weten, dan kan dat o.a. via de volgende link naar YouTube:
Video: Uitleg over genen
 
 
Het is al lange tijd bekend dat de oeros en de hedendaagse koe verschillende dieren zijn maar genetisch gezien toch een band hebben. Echter
over een eventueel verschil in de melk van beide dieren kon men tot enkele jaren geleden niets zeggen vanwege beperkingen in onderzoeksmogelijkheden.
Technologische ontwikkeling heeft er echter voor gezorgd dat steeds meer details onderzocht konden worden. Zo is de DNA-technologie dusdanig verbeterd dat melk
onderzocht kan worden op genetische eigenschappen en stoffen die in het verleden niet te meten waren.
Een voorbeeld hiervan is Bètacaseïne wat een onderdeel is van de melkeiwitten waar kaas van gemaakt wordt. Door nieuwe technologie is tegenwoordig bekend
dat Bètacaseïne bestaat in twee varianten die gebaseerd zijn op verschillende genen, namelijk de types A1 en A2.
Van het A2-gen wordt aangenomen dat dit de oudste variant is, welke al sinds de oorsprong bestaat toen de oeros leefde. Het A1-gen is een modernere variant
welke in de loop der jaren is ontstaan door evolutie van de koe.
Er kan dan ook gesteld worden dat A2-koeien het dichtste bij het oorspronkelijke ras uit het verre verleden staan en dat A1-koeien de moderne rassen vertegenwoordigen.
Genen zijn opgebouwd uit combinaties van 2 stuks. Dit betekent dat er koeien zijn die A1A1-melk, A1A2-melk of A2A2-melk geven. Eigenlijk zijn er tegenwoordig dus
3 verschillende "versies" van koeien.
Alleen melk bestaande uit 100% A2A2-genen wordt A2-melk genoemd. A1A1- en A1A2-combinaties betreffen de melk zoals we die sinds jaar en dag
kennen, zeg maar A1-melk.
 
 
Waarom is dit verschil tussen A1 en A2 nu van belang horen wij u denken. Nou, voor vele mensen is het niet van belang, maar voor mensen met
koemelkintoleratie-klachten kan het een groot verschil maken.
Zoals we reeds aangaven, heeft onderzoek aangetoond dat er A1- en A2-melk bestaat. Daarnaast is echter door vernieuwde technologie ook bekend dat bij het verteren
van A2-melk en A2-kaas in het menselijk lichaam een stof mist ten opzichte van de A1-versie. Deze stof heet bètacasomorphine-7 (BCM-7).
Ondanks dat het niet wetenschappelijk bewezen is, lijkt het erop dat de afwezigheid van BCM-7 een positieve invloed heeft op koemelkintoleratie. Dit houdt
in dat A2-melk kan meehelpen bij het verminderen of vermijden van koemelkintoleratie-klachten.
Toen we dit hoorden, zijn we in 2015 kleinschalig A2-kaas gaan maken om vervolgens te testen met familie, vrienden en kennissen waarvan bekend was dat zij last hebben van
klachten die horen bij koemelkintoleratie.
Het bleek niet de oplossing voor iedereen te zijn, maar in vele gevallen werden de vervelende reacties verminderd en soms waren ze zelfs helemaal afwezig waardoor
onze kaas gemaakt uit A2-melk ook voor hen zonder bijwerkingen te eten is.
Critici benadrukken het feit dat de werking niet wetenschappelijk bewezen is. Wat we echter vanuit de praktijk zien, is dat diverse mensen nu
wel koeienkaas kunnen eten terwijl dit voorheen niet kon. Zij hebben met A2-kaas een goed alternatief voor schapen- en geitenkaas.
Of in zo'n geval wetenschappelijk bewijs of praktijkresultaten zwaarder wegen, is een persoonlijke mening en een discussie waar we ons niet in mengen.
 
 
De oeros bestaat niet meer maar desondanks zijn er nog koeien die A2-melk produceren; dit zijn genetisch gezien dus directe afstammelingen van de oeros.
In Europa zijn dat echter slechts enkele rassen en daardoor is A2-melk schaars. Dit geldt nog eens extra voor de biologische variant.
Het feit dat biologische A2-melk veel minder verkrijgbaar is, zal niet snel veranderen aangezien het omschakelen van een reguliere melkveehouderij naar een
biologische melkveehouderij een proces is wat jaren duurt omdat onder andere alle niet-natuurlijke stoffen uit de koeien maar ook uit de
bijbehorende weilanden verdwenen moeten zijn.
Het maken van biologische A2-kaas was daarom lange tijd geen optie voor ons omdat er in Nederland simpelweg niet genoeg melk beschikbaar was om kaas op regelmatige
basis in voldoende hoeveelheid te maken.
Dit probleem is inmiddels opgelost. Ondanks dat de kosten vanwege melkschaarste nog steeds hoger zijn dan voor biologische kaas uit A1-melk, heeft Biokaas Kinderdijk
tegenwoordig via bevriende melkveebedrijven de beschikking over regelmatige aanvoer van biologische A2-melk.
Door DNA-controle van alle dieren is het tevens zeker dat alle koeien de A2A2-gencombinatie hebben.
Door de melk volledig gescheiden te verwerken, is een mix van A1- en A2-melk uitgesloten en kunnen wij biologische A2-kaas maken waarbij de
kenmerken van A2-melk overgedragen worden aan de kaas en tevens de unieke smaak en kwaliteit van Biokaas Kinderdijk verzekerd blijft.
Wetenschappelijk bewijs zou uiteraard toegevoegde waarde hebben, echter het belangrijkste voor ons op dit moment is dat er mensen zijn die aangeven er baat bij
te hebben en die eindelijk kunnen genieten van een heerlijk stukje koeienkaas, samen met de vele mensen die reeds jaren van onze "A1-kaas" genieten.
Daarom hebben we besloten om
verder te gaan met A2-kaas. Naast onze reeds jaren bekende biologische, vegetarische naturel- en kruidenkazen van de "normale" melk, hebben wij dan ook sinds 2016
ons assortiment uitgebreid met biologische, vegetarische A2-kaas uit A2-melk van 100% A2A2-koeien.
Diverse kaasspeciaalzaken zijn inmiddels bevoorraad en gebaseerd op datgene wat klanten ons tot nu toe meldden, kunnen wij u alleen maar
aanmoedigen ernaar te vragen en het te proberen om zo uw eigen mening te vormen. Eet smakelijk!